Jonge hondjes en ongelukken

dinsdag 2 september 2008
Jonge hondjes
We zijn alweer een paar dagen naar Cotonou geweest, want Lara werd loops, dus die moest natuurlijk op bezoek bij haar vrijer om voor nageslacht te zorgen. Als het goed is krijgen we eind oktober jonge hondjes. Jetse is al heel enthousiast begonnen met de werpkist uit te zagen.
 
Onbeschermde meiden
Maar gewoon even een verslagje van de afgelopen dagen. Vlak voor vertrek staan opeens Sylvie en Nadege voor de deur. Deze meiden zitten op kosten van SAB op een internaat omdat ze sterk verwaarloosd worden thuis en zowel hun broertje als hun grote zus in afgelopen winter zijn overleden. Ze zijn nu in Boukombé en hebben zo’n honger. Of ik hen kan helpen? Wat is dit? Jullie zitten toch bij de nonnen in Koussoucoingou, ik heb betaald voor jullie verblijf daar. Nee, ze waren één dag naar huis gekomen om onafhankelijkheidsdag te vieren (1 augustus) en papa had besloten dat ze tijdens de zomervakantie verder maar bij hem moesten blijven. Ze mochten niet meer terug. Waar is papa nu dan? Op het land aan het werk, wij zitten al twee weken alleen thuis. Hier word je toch echt niet goed van… En Genevieve – die hiervoor verantwoordelijk is - is inmiddels met zwangerschapsverlof gegaan.
 
Ik Viefje gebeld over hoe dit nu precies zit. Tja maman, ik kon niets doen, wat kan ik zeggen tegen hun vader? Zij zijn van hem. Dus hij zou naar u toe komen om het te vertellen, want ik (Viefje) zei dat ik dit nooit en te nimmer aan maman kan uitleggen. Hier moet minstens overleg over komen maar de vader wilde gewoon dat ze bleven, zonder pardon. De goede man is dus nooit bij me gekomen, maar inmiddels wel - na een weekje thuis met zijn dochters - weer vertrokken naar zijn land in Togo en het blijkt dat de meiden al twee weken zonder zorg en toezicht zijn. Afijn, snel geregeld dat ze naar Natitingou gebracht werden en zolang bij Viefje gaan wonen. Zonder overleg met de vader uiteraard, want tja, die zit nu weer in Togo. Nooit gaat hier iets zoals je denkt dat het zou moeten gaan. Ik heb straks heel wat uit te leggen aan de nonnen als de school weer begint, daar had ik nu even geen tijd voor, er moet een hond gedekt worden, we moeten naar Cotonou.
 Sylvie en Nadege
Stakingen in gezondheidszorg
Terwijl wij ondertussen alles goed voorbereiden om vooral maar te zorgen dat moederhond en haar kleintjes gezond worden, zijn blijven gaat het leven hier gewoon door. En dat betekent dat ziekte en dood constant op de loer liggen. Het is al de derde of vierde keer dat er stakingen zijn in de staatsgezondheidszorg. Ik raak de tel kwijt met al die stakingen in het onderwijs en de gezondheidszorg. Ik weet niet hoe dat in NL gaat, maar hier…. je gelooft je ogen niet. Mensen en kinderen zijn doodziek, komen naar de staatsgezondheidscentra, maar zelfs de primaire zorg wordt niet gegeven. Het is geen wonder dat iedereen een Prive kliniek (al dan niet van een ONG) prefereert boven de staatsklinieken. Met het onderwijs is het precies hetzelfde. De kinderen op (Christelijke) privé-scholen leren veel en veel meer, simpel weg omdat nonnen en betaalde leerkrachten niet staken en de grote vakantie een maand korter is dan de staatsvakanties. Jammer genoeg is er nog vrijwel geen Prive vervolg- en beroepsonderwijs. Het komt wel, maar mondjesmaat nog. Echter we zagen deze week de eerste Privé-universiteit in aanbouw tussen Porto – Novo en Cotonou. Een Amerikaanse Universiteit. Super vind ik dat! Hopelijke sturen ze ook een aantal profs om het onderwijs te begeleiden.
 
In Cotonou hadden we een gesprek over deze problematiek met enkele Beninse vrienden, een van hun familieleden is ten gevolg van deze laatste staking overleden. Een vriendin die haar zusje vorig jaar verloren heeft omdat ze is doodgebloed na de bevalling – vertelde ook over de ongeïnteresseerdheid van het personeel. De injectie die haar zusje moest hebben was ter plekke niet te krijgen waardoor ze zelf meer dan twee uur weg geweest is om deze te vinden. Toen ze terugkwam lag ze al dood op de tafel. En er werd zo cru gereageerd, zo van er was er niets meer aan te doen. Neem het lichaam en de baby maar mee. Hoe kan zoiets gebeuren? En waarom is de infrastructuur zo slecht dat je met lege handen moet staan als je iets simpels nodig hebt om een leven te redden? In een Zone ziekenhuis – waar dit gebeurd is - verwacht je toch wel wat meer.
 
Ongelukken
Afijn, onze reis. Reizen in Afrika is zo gevaarlijk, daarom reizen we in principe samen. Op de terugweg hebben we maar liefst 5 ongelukken gezien, eentje echt erg vervelend, net gebeurd, met een totaal geplette moto en berijder. Blij dat we weer heelhuids terug zijn, gaan we in Boukombé direct naar Jonathan zijn huis – een van onze nachtwachten - want zijn dochtertje Joanna van 2,5 maand oud, is afgelopen dinsdag overleden, dus eerst even kijken hoe nu met hem en zijn vrouw gaat. Ze waren namelijk zo blij, het was hun eerste kindje samen. Ze is dan ook officieel aangegeven bij de burgerlijke stand. Joanna bestond dus echt en is nu niet meer. Je ziet duidelijk dat ze nog steeds verslagen zijn door dit verlies. Er komen natuurlijk opmerkingen naar hen toe van: zie je wel dat het geldverspilling is om kinderen te registreren. Je kunt beter wachten tot ze gaan studeren en een geboortebewijs nodig hebben. Het stemt me verdrietig dat dit dus nu zo bevestigd wordt.
 Joanna
 
Dan kom je thuis, Nicaise zijn broertje heeft een ernstig moto- ongeluk gehad in Natitingou en hij kon uiteraard niet heen omdat hij de verantwoordelijke voor het huis is als wij er niet zijn. Dus dat regelen.
 
Daarna horen we dat ook de eigenaar van “petit Quidata” - een heel klein supermarktje bij ons hier in Boukombé – zojuist door een auto-ongeluk om het leven is gekomen. Dit gebeurde toen hij zijn zieke vader met de auto naar het ziekenhuis is Tanguiéta bracht. Zijn vader en moeder zijn overigens ook overleden. De “supermarkt” op Zongo is nu gesloten. Hoe kan dit toch? Slechts 5 dagen weg en dit allemaal in ons kleine kringetje. Iedere blanke die bij ons is geweest weet welke “supermarkt” het is want ik verzoek altijd zeer dringend om de lokale middenstand te ondersteunen door daar iets te kopen, al is het maar water.
 
Honger
Albert en Isidore komen met verhalen over mensen die honger lijden. Vooral Albert die een zeer sociale functie in de gemeenschap heeft, krijgt veel mensen aan de deur. De honger schijnt dit jaar erg te zijn, uiteraard vooral bij de armste laag van de bevolking. Het land is natuurlijk nog lang niet klaar om te oogsten. Het is zo vervelend dat je niet kunt helpen, op een of andere manier. Deze week gaan we kijken of we een aantal vrouwen een “tijdelijk baantje” kunnen geven, zodat ze wat eten kunnen verdienen. Er moet genoeg terrein schoongemaakt worden, hier bij ons en op Koutchagou. Als het maar niet regent. Het blijft een noodoplossing voor een klein aantal en dus een moeilijke kwestie. Maar wie kan zijn bord volscheppen als zijn buurman zichtbaar honger heeft? Dat kan alleen als je de deur gesloten houdt. Vooral Albert heeft het er zeer moeilijk mee.
 
Het is en blijft Afrika
Terwijl wij in Cotonou zaten zou de vloer van de vrijwilligerskamer naast het internaat betegeld worden. Nicaise (onze keukenhulp) heeft ooit zijn diploma als tegelzetter gehaald en hij wilde het zo graag doen om een extra centje te verdienen. Dus geen aannemer, maar tegelzetter Nicaise ingehuurd.
 
Oke, ga je gang, maar heb je wel genoeg ervaring? Vraag ik toch nog een beetje onzeker. Maman, ik heb toch mijn diploma…. In Cotonou bel ik hem op. Het is prachtig geworden, u moet maar kijken als u thuis bent, zeer mooi… Nou, we openen de deur en Nicaise kijkt ons als een kind verwachtingsvol aan om onze reactie te peilen. We zijn sprakeloos, mijn mond valt open. Nog nooit heb ik tegels zo scheef zien liggen en de plinten……. De stukjes zijn verschillend van hoogte en de dikte van het cement varieert van 1 tot 2 cm. Maar wat zeg je tegen iemand die zo zijn best heeft gedaan: Nicaise wat is het mooi geworden… En direct in het Nederlands tegen je kerel: ach, we hoeven er zelf niet te slapen en als het vol staat met de bedden en andere spullen zie je er niets van. Het is en blijft Afrika.
 
Liefs,
 
Marjan