Cotonou

zaterdag 9 augustus 2008

Cotonou, vieze stad naar Westerse begrippen. Enorme luchtvervuiling. In plaats van stof  krijg je hier koolmonoxide en roet naar binnen. Het verkeer groeit en groeit en groeit en verkeersregels lapt men aan zijn laars. Hoe dit moet over 5 jaar als het aantal auto’s en moto’s waarschijnlijk verdubbeld is, ik heb werkelijk geen idee.

 

Iedere dag ongelukken. Voorbeeld: een vrachtauto wordt getrokken door een andere vrachtauto via een kokosboom! Werkelijk, ze hebben geen kabel dus gebruiken ze een boomstam die via touwen beide vrachtwagens met elkaar verbind. Voor het rode stoplicht op het kruispunt TOYOTA breekt echter de boomstam in tweëen. En aangezien de handrem het natuurlijk niet doet rijdt de kapotte vrachtauto de achter hem staande taxibrousse als een harmonica huisje in elkaar. Voorste inzittenden helemaal plat, achterste pagagiers rennen gillend de auto uit! Het licht springt weer op groen, dus het verkeer rijdt verder en wie geen geld bij zich heeft voor het ziekenhuis kan blijven liggen waar hij ligt. Heb je geen ID kaart dan ben je voor je familie op een dag zomaar verdwenen……

 

Opvallend is de enorme toename van woningen en appartementen die gebouwd worden in de duurdere sector. Wie gaat daar straks wonen vraag ik mij af. Wie kan dat betalen? Zelfs als je arts bent en gemiddeld met 300.000 FCFA per maand thuis komt dan kun je je nog moeilijk een dergelijk appartement veroorloven. Ik weet het niet, maar ik constateer wel dat het verschil tussen arm en rijk als maar toeneemt  Het verschil tussen het noorden en het zuiden, het platteland en de stad is zo enorm aan het toenemen dat ik de jongeren volledig begrijp die er alles aan doen om weg te komen uit hun achterstandssituatie in de gehuchten en kleine dorpen.

 

Ander groot verschil zijn de kinderen hier. Ik zie hier in de stad geen ondervoeding, geen dikke buiken, geen werkelijke armoede en echte honger zoals bij ons in de regio. Het zal er wel zijn, maar minder, dat blijkt ook duidelijk uit de cijfers.

 

Op dit moment even wat extra contacten met Unicef i.v.m. mijn participatie in het comite “Lutte contre le traffic des enfants” in het noorden van Benin en een enorm boekwerk gekregen, uitgegeven in november 2007 – gezamenlijk samengesteld door o.a. Unicef, USAID, het national bureau voor statistieken en economie, en anderen - waarin heel wat feiten landelijk en per prefectuur genoemd worden. Ruim 17.500 huishoudens door het gehele land zijn hiervoor geinterviewd, hebben bloedonderzoek gehad et cetera.

 

Benin is onderverdeeld in 12 departementen – zeg maar provincies – en die zijn weer onder verdeeld in 77 communes (regio’s), die weer zijn onderverdeeld in 546 arrondissementen, die gezamelijk 3.743 dorpen en steden bevatten.

 

De armste departementen zijn gelegen in het noorden nl. Alibori, Atacora, en Donga. Onze commune Boukombè, gelegen in het Atacoragebied, bestaat uit 7 arrondissementen en heeft totaal 71 dorpen.

 

Enkele feiten op een rijtje.

Kinderen in de leeftijd van 6 maanden tot de leeftijd van 5 jaar:

Landelijk gezien:

Anemie (bloedarmoede) 78%,

Geestelijke groeiachterstand: 43%, waarvan 22% een ernstige vorm.

Ondervoeding: 8% van de kinderen is ondervoed, en hiervan is 3% ernstig ondervoed. 19% van de kinderen heeft ondergewicht.

Voortijdig overlijden: 67%o voor het eerste levensjaar, waarna van de kinderen die wel 01 jaar oud worden er nog eens 62 per 1.000 overlijden voor hun 5de verjaardag (totaal 129/1.000) Om het verschil aan te geven tussen het arme noorden en rijkere zuiden:

Alibori: 164/ 1.000, Atacora: 176/1.000, Donga: 184/ 1.000, Mono (Cotonou): 82/ 1.000

Bijzonderheden: Van de kinderen wiens moeder die niet naar school is geweest overlijdt 143%o en van de moeders die de 1ste cycle (MAVO-niveau) hebben gedaan overlijdt  slechts 84%o. Scholing is dus een enorm belangrijke factor in de verzorging van de kinderen.

Wezen: 7% van de kinderen is wees van minimaal 1 van de ouders en 10% van de kinderen woont door - financiele - omstandigheden niet thuis bij een van hun biologische ouders.

 

Vrouwen en mannen in de leeftijd van 15-49 jaar:

Bloedarmoede: landelijk gezien  heeft 61,3% van de vrouwen bloedarmoede tegen 35,1% van de mannen.

HIV/AIDS onderzoek

79% van de ondervraagden hebben toestemming gegeven om hun bloed te laten onderzoeken op HIV en slechts 1,2% was positief. Opvallend was dat per 100 positieve mannen er 188 vrouwen positief waren.

Kennis over HIV/AIDS:

Landelijk gezien had 98,4% wel gehoord over HIV/AIDS echter de specifieke kennis over wat het inhoud en hoe het overdraagbaar is daar schortte het nogal aan. Landelijk gezien had slechts 13,8% een vrij compleet, correct beeld van de overdraagbaarheid. Dus dat je het niet kunt krijgen als je elkaars voedsel eet, of via een musiketenbeet en dat je - ook als je goed gezond bent - toch het virus op kunt lopen via seksueel contact et cetera.

Maternale Mortaliteit:

In een soortgelijk groots opgezette studie tussen 1989-1996 bleek de vrouwensterfte rond zwangerschap en kraamtijd landelijk verspreid tussen de 369 en 626 vrouwen per 100.000 te bedragen. Gelukkig heeft de laatste studie van1999-2006 aangetoond dat deze sterfte aan het teruglopen is naar 330-464 per 100.000 levend geborenen. Nog steeds een veel te grote kans voor een vrouw om te overlijden ten gevolg van een “gezonde ziekte” maar desalniettemin geeft dit hoop voor de toekomst. Of de milleniumdoelen bereikt zullen worden? Ik betwijfel het, maar we moeten positief blijven en in ieder geval ons uiterste best blijven doen om ook de mensen die in onze achtertuin wonen een betere kans te geven.

 

Want laten we nu eerlijk zijn? Wie van ons wil er nu dat zijn kinderen overlijden ten gevolg van een sterk verminderde weerstand door ondervoeding? Wie wil er nu zelf het risico lopen in het kraambed of de kraamtijd te sterven? Als wij blanke vrouwen voor een dergelijk risico gesteld werden – wat voor onze overgrootmoeders overigens ook het geval was – dan zouden we in deze moderne tijd zeggen: Geef mijn portie maar aan Fikkie!

 

Maar hier is er geen keus, zijn kinderen de enige manier om te overleven, om erkenning te krijgen als vrouw in een mannencultuur. Heb je geen kinderen dan ben je een persoon zonder betekenis.

 

Word je echter ongewenst zwanger (al dan niet via gedwongen seksueel contact), dan zijn er geen mogelijkheden tot morning after pil, dan blijkt dat deze zwangerschap het probleem van de vrouw is en niemand anders. Dan moet je de schande dragen of je toevlucht zoeken tot een illigale abortus, met alle risico’s vandien. Jammer genoeg is daar geen onderzoek naar gedaan. Iedereen weet dat het gebeurd en wie het doen is ook bekend, maar niemand wil zijn vingers aan iets branden dat zo verboden is.

 

Ik pleit niet voor abortus, maar ik pleit wel voor respect voor de vrouw, seksuele vrijheid met het recht op betaalbare voorbehoedsmiddelen en goede medische hulp indien er onverhoopt toch iets mis mocht gaan. Het mag niet zo zijn dat de tweede persoon, ook verantwoordelijk voor de zwangerschap zich zonder verdere consequenties kan terugtrekken en zijn leven op dezelfde voet verder kan leiden, terwijl moeder en kind tot levenslange armoede veroordeelt zijn.

 

Marjan